Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De gedachtenis des rechtvaardigen [14]zal tot zegening zijn; maar de naam der goddelozen [15]zal verrotten. 14. Dat is, dient hem tot prijs en een eerlijk gerucht, als men van hem of afwezig, of ook dood zijnde, gewag maakt. 15. Of, vervuilen en stinkende worden, en vervolgens vergaan.